Inprenting en collectief Karma

Hier kan men onderwerpen plaatsen zoals : wijsheid , inzicht , tarot , orakels enz.
Plaats reactie
Gebruikersavatar
Susan
Ik Ben
Berichten: 8400
Lid geworden op: 19 apr 2012, 05:58

Inprenting en collectief Karma

Bericht door Susan » 17 feb 2015, 12:18

Kon niet op topics komen... een 'wonder' indien dit nu wel lukt..

Teksten uit ‘Wat is karma?’ Paul Brunton

1. Onze uiterlijke narigheden zijn symbolen en symptomen van ons innerlijke falen. Elk eigen gecreëerd lijden en elk eigen aanvaard kwaad zijn vermijdbaar. Het hangt weliswaar niet helemaal alleen van jezelf af in welke mate gebeurtenissen je kunnen kwetsen, maar wel grotendeels. Als je de kracht had je egoïsme in één enkele slag te vernietigen en het inzicht had om door te dringen tot het brede spectrum van oorzaken en gevolgen, zou je ontdekken dat de helft van je uiterlijke moeilijkheden te witje valt aan innerlijke fouten en zwakheden. Telkens als je de lagere eigenschappen van je innerlijke karakter laat spreken, vraag je daarmee als het ware om hun reflectie in uiterlijke gebeurtenissen. Je woede, jaloezie en wrok zullen, mits sterk genoeg en langdurig gekoesterd, uiteindelijk problemen, vijandschappen, wrijvingen, verliezen en teleurstellingen oproepen. (blz. 40)

2. Er is een absoluut evenwicht tussen onze voornaamste gedachten en daden en onze voornaamste levens-ervaringen. En die balans manifesteert zich waar men haar het minst verwacht: op moreel gebied. Ons verkeerde handelen produceert verdriet, niet alleen voor anderen, maar juist voor onszelf. Ons goede handelen produceert een terugkaatsing van geluk. Aan de werking van deze subtiele wet, met betrekking tot morele verantwoordelijkheid, kunnen we niet ontsnappen. De oorzaak is de bovenkant van het rad en daarvan is de onderkant het gevolg. Dit geldt collectief evenzeer als individueel. Als bijvoorbeeld een volk gaat denken dat de opvattingen omtrent goed en kwaad verkeerd zijn, stevent het af op zijn vernietiging. We hebben dat afgelopen eeuw gezien met het Duitse volk. De morele wet is niet een verzinsel van de menselijke verbeelding, maar een goddelijk gevestigde realiteit. (blz. 41/42)

3. Inprentingen van collectief karma komen vanzelf naar boven binnen de Wereldgeest. Dat komt, omdat er nooit een tijd is geweest waarin ze niet bestonden, want hoewel hun vorm aan verandering onderhevig is, zijn ze even eeuwig als de Wereldgeest zelf. Ze zijn in feite deel van het karakter van de Wereldgeest. Vandaar dat ze een susteem vormen dat zichzelf in beweging zet. Omdat we niet een datum kunnen bepalen voor het begin van de Wereldgeest noch een eindtijdstip voor haar bestaan, moeten we dientengevolge afzien van de onlogische poging een begin of een eind van het universum zelf te willen bepalen. En de Wereldgeest heeft de wereld niet gemaakt, maar heeft alleen de basis voor haar bestaan verschaft; de voedingsbodem voor de over en weer werkzame potentiële karmische krachten, het materiaal voor de algemene karmische manifestaties en het levensprincipe voor het steeds vanzelf in beweging zijn van alles. We moeten echter niet de fout maken dat deze zienswijze het universum louter tot een soort machine zou maken. Want omdat de voedingsbodem en het materiaal die de basis van het universum vormen, alle geestelijk zijn, is de wereld ook een geestelijk zaak en niet slechts een mechanische beweging in de materie. (blz. 48/49)

4. De wet van beloning en vergelding is niet krachteloos of onwaar door het zogenaamde ‘bewijs’ van de tegenstanders die aankomen met voorbeelden van harde, meedogenloze personen die het in het leven ver geschopt hebben door over lijken te gaan. Het geluk of het welzijn van zulke individuen kan niet naar juistheid worden beoordeeld, louter en alleen op basis van hun bankrekening of hun maatschappelijke positie. Kijk ook naar hun fysieke en geestelijke gezondheid, naar hun geweten tijdens hun dromen, naar hun gezins- en familierelaties. Kijk ook naar hun volgende leven. Pas dán kun je het al dan niet bestaan van de wet juist beoordelen. (blz. 59)

5. Wij moeten er niet van uitgaan dat we zo hulpeloos zijn als we lijken. Veel van ons lot hebben we zelf in het verleden bewerkstelligd. En omdat we het zelf hebben gemaakt, kunnen we het zelf helpen veranderen. Het lot heeft ons in zijn macht, maar met onze vrije wil hebben we ook enige macht over het lot. Dat geldt echter uitsluitend voor de keren dat we lessen uit onze ervaringen ter harte nemen en onze vrije wil creatief aanwenden. (blz. 63)

6. Als we de betekenis van de woorden analyseren, in plaats van ze slordig en zorgeloos te gebruiken, zullen we merken dat de tem ‘vrije wil’ vaal slaat op precies het tegenovergestelde van wat er eigenlijk mee wordt bedoeld. Waar is de werkelijke vrijheid van mensen die verslaafd zijn aan hun begeerten en gevangen zijn in hun hartstochten? Als ze uitdrukking geven aan wat ze aanzien voor hun eigen wil, geven ze in feite uitdrukking aan de wil van hun lusten en hartstochten. Zo lang begeerten, hartstochten, omgevingen, erfelijkheid en suggesties van buitenaf de werkelijke bron van ons handelen zijn, waar is dan onze echte vrije wil? Zonder vrijheid van begeerten is er geen vrijheid van wil. Je kunt je eigen vrije wil niet kennen, tenzij je je ware zelf kent. Je moet het vraagstuk van het noodlot versus de vrije wil eerst begrijpen, voordat het kan worden opgelost. En dat begrip kan niet worden verkregen door de gebruikelijke, oppervlakkige benadering, in plaats van de meer zeldzame, semantische benadering. Onze wil is vrij, maar alleen in relatieve zin. (blz. 64/65)

7. Een te grote hang naar overtuigingen als die van astrologie en degelijke kan leiden tot een te geringe nadruk op je creatieve mogelijkheden. In beide gevallen slaat de slinger te ver uit. Astrologie gaat uit van karma in de zin van neigingen en daden. Vrijheid van beslissing berust op de evolutionaire behoefte om iedere mens de creativiteit die hij van het Hogere Zelf heeft ontvangen tot uitdrukking te laten brengen. Om de waarheid te vinden, moet je beide factoren in hun samenhang bezien. (blz.70)

8. Karma is niet alleen van toepassing op het individu, maar ook op groepen, zoals allerlei gemeenschappen, steden, landen en continenten. Je kunt je niet op de een of andere wijze onttrekken aan de rest van de mensheid. Alles en iedereen staat met elkaar in verband. Individuen kunnen zich, zoals bijna iedereen doet, wijsmaken dat dit voor hen niet geldt door te denken dat ze hun eigen leven kunnen leiden en door anderen te laten barsten, maar vroeg of laat leren ze door de ervaring hun dwaling inzien. Iedereen is uiteindelijk één grote familie. Dat leren wij door over onze ervaringen na te denken. Als we de Waarheid beschouwen, zullen we geleidelijk aan leren dat iedereen, evenals het Hogere Zelf, één entiteit is – zoals de armen en benen van één enkel lichaam. De uitkomst daarvan is dat ieder van ons evenzeer rekening moet houden met het welzijn van anderen als met het eigen welzijn, niet alleen omdat karma aan het werk is om het individu te onderrichten, maar ook omdat het de mensheid als geheel de uiteindelijke en hoogste les van haar eenheid wil leren. Als je deze gedachte toepast op de Tweede Wereldoorlog zie je dat deze (alleen maar gedeeltelijk) het gevolg was van de onverschilligheid van de rijkeren jegens de armen, van goed bestuurde naties jegens slecht bestuurde, van het afgrenzende gevoel dat het eigen land goed is en dat, wanneer andere dat niet zijn, dit pech voor ze is, maar hun eigen zaak. Kortom, er is geen waarachtige voorspoed en geluk voor welk land dan ook wanneer een van zijn buurlanden in armoede en ellende leeft. Iedereen is zijns broeders hoeder. (blz. 77-79)

9. Er is een collectief, nationaal karma dat heel geleidelijk groeit en dan manifest wordt. Als een groep mensen samen leeft en werkt, in een land of in een stad, vormen deze mensen mettertijd voor zichzelf een nationaal of stedelijk lot dat ze hebben te dragen. Soms is het resultaat goed, soms slecht, maar in het algemeen is het een mengeling van beide. Vandaar dat we in de geschiedenis dingen tegenkomen als nationaal of raciaal lot. (blz. 81)

10. Grote natuurrampen als aardbevingen en overstromingen zijn honderden mensen noodlottig, maar hier en daar ontkomt een individu eraan omdat zijn bestemming een andere is. Zulke ontsnappingen gebeuren vaak op miraculeuze wijze – iemand wordt plotseling ergens anders naartoe geroepen of door een andere ogenschijnlijke toevalligheid beschermd. Zo zie je dat het individuele lot iemands leven kan redden wanneer het in strijd is met het collectieve of nationale lot. (blz. 82)

11. De horoscoop zegt alleen iets over de toekomst van doorsnee mensen en kan nooit een vaste zekerheid worden voor hen die spiritueel zijn ontwaakt. Want daar waar het individu Gods genade deelachtig is geworden, kan hij of zij op elk willekeurig moment dat het de Goddelijke wil behaagt, rechtstreeks of indirect via een leraar onafhankelijk worden van persoonlijk oud karma. De wil is vrij omdat de mens goddelijke is en het goddelijk Zelf vrij is. (blz. 85/86)

12. We hoeven niet bang te zijn anderen te helpen uit angst om ons te bemoeien met hun karma. Onze sympathie moet weliswaar worden geleid door redelijkheid en als onze hulpvaardige hand de persoon in kwestie misschien eerder zal aansporen om het ongewenste gedrag of de dwaling voort te zetten, is het wijzer om ervan af te zien. Het is niet edelmoedig zijn zonde door de vingers te zien en hem daarmee sterker te bevestigen in zijn dwaalweg. Maar de wet van karma kun je rustig aan haar eigen werking overlaten. Het is zelfs mogelijk dat die van ons als kanaal heeft uitgekozen om een bepaald stuk lijden in de ander te verzachten of te beëindigen. Je begrijpt de wet van karma niet goed wanneer je weigert het lijden te verlichten van mens of dier, omdat je denkt dat je daarmee ingrijpt in je karma. (blz. 132/133)

13. Het ergste fysieke karma wordt gecreëerd door moord. De straf daarvoor is onontkoombaar, hoeveel tijd er ook mag verstrijken. De moordenaar zal zelf worden vermoord, hoewel niet noodzakelijkerwijs in dezelfde incarnatie. Het ergste mentale karma wordt gecreëerd door haat. Als je die lang genoeg en hevig koestert zal hij tot destructieve ziekten leiden waardoor je als het ware wordt opgevreten. (blz. 133.134)

14. Wat gebeurd is, is gebeurd en daar kunnen we niets aan veranderen. We kunnen het verleden niet herschrijven, onze foute daden niet herstellen, het kwaad dat we hebben gedaan, het leed dat we onszelf en anderen hebben berokkend niet rechtzetten. Maar al kan het verleden dan niet worden veranderd, onze huidige houding ten opzichte van dat verleden kunnen we wel degelijk veranderen. We kunnen uit het verleden lessen trekken, we kunnen het met wijsheid benaderen en proberen onszelf en onze daden te verbeteren en nieuw, beter karma creëren. Als we dat alles hebben gedaan, is het het beste het verleden helemaal los te laten om te leren leven in het eeuwige nu, het ware Zijn en het Ik-ben-bewustzijn in plaats van in het Ik-was-bewustzijn. (blz. 137)
voor wie weet, hoeft niets verklaard te worden
voor wie niet weet, is geen verklaring afdoende

Gebruikersavatar
Susan
Ik Ben
Berichten: 8400
Lid geworden op: 19 apr 2012, 05:58

Re: Inprenting en collectief Karma

Bericht door Susan » 14 apr 2015, 19:57

Teksten uit ‘Wat is karma?’ Paul Brunton


Aanvulling laatste gedeelte nog:


16. Het hoort bij wijsheid te leren wanneer we moeilijkheden stoutmoedig het hoofd moeten bieden en wanneer we ze beter met geduld en slimheid om de tuin kunnen leiden. Alle gebeurtenissen hebben hun eigen, juiste tijd. Als je ze te vroeg uitlokt, zullen de gevolgen een mengsel zijn van goed en kwaad, en dat geldt eveneens voor het te laat geschieden ervan. Als je echter het geduld hebt te wachten tot het juiste moment en de wijsheid om dat moment te herkennen, zullen de resultaten onverdeeld goed zijn. Karma gaat een rol spelen, zodra de geschikte combinatie van factoren zich voordoet.

17. Aspiranten die uitsluitend zijn aangewezen op hun eigen niet-begeleide pogingen tot zelfverbetering zullen niettemin ooit de noodzaak voelen van een macht buiten henzelf om hun te schenken wat ze op eigen kracht niet kunnen verkrijgen. De taak die ze op zich hebben genomen kan niet volmaakt of geheel door henzelf alleen worden volbracht. Ze zullen tenslotte op de knieën moeten en om genade smeken. Het ego kan zichzelf niet redden. Waarom niet? Omdat het heimelijk niet wil worden gered, want dat zou zijn ondergang betekenen. Tenzij je dat forceert door te zoeken naar genade, zullen al je pogingen zus maar ten dele slagen. Zij die zeggen dat de idee van genade het concept van de wetten van het universum schendt, kijken er niet zorgvuldig genoeg naar. Anders zouden ze inzien dat die idee juist niet in overeenstemming is met de wet van de inspanning van de persoonlijke geest waarin ze geloven, doordat ze complementair is aan de wet van de werkzaamheid van de Universele Geest binnen het individu, waarin ze dan ook zouden moeten geloven. Je kunt God niet scheiden van de mensheid: zij leeft niet in een vacuüm.

18. Er zijn twee soorten onsterfelijkheid (zolang het lagere zelf het bewustzijn regeert): in de eerste plaats de ‘eindeloze’ evolutie van het ego dat zich geleidelijk aan door middel van al zijn manifestaties ontwikkelt, en in de tweede plaats de ware onsterfelijkheid van het eeuwigdurende, onveranderlijke Ware Zelf – of Hogere Zelf – dat altijd onder het ego ligt en hem bevestigt. Mijn verwijzing naar het niet vastklampen aan het ego houdt in dat we de kunst van het loslaten moeten leren van dat wat in ons bestaan van voorbijgaande aard is. De Ware Individualiteit – het gevoel van eenvoudigweg Zijn – vergaat nooit en is de ware onsterfelijkheid. Van iemand wordt gevraagd alle belang in en waardering voor ‘dingen’ op te geven: je kunt ze blijven waarderen, vooropgesteld at hun vergankelijkheid wordt begrepen en je jezelf niet misleidt door ze te overschatten. De profeten zeggen slechts dat het eeuwige leven niet in zulke dingen wordt gevonden.

19. Er zijn grote gevaren verbonden aan de lakse houding van zogenaamde onderwerping van onze wil. Een houding waarin menig mysticus of godsdienstige vervalt. Er is een grondig verschil tussen pseudo-overgave en werkelijke overgave. Je kunt gemakkelijk het ‘Uw wil geschiede’ verkeerd uitleggen. Jezus gaf door zijn eigen voorbeeld deze zin een duidelijke en positieve betekenis. Daarom kun je die uitspraak beter begrijpen als ‘Uw wil geschiede door mij’. Uit jarenlange ervaring is gebleken voor hoevelen deze uitspraak is gedegenereerd tot een vernederend fatalisme, in de illusie daardoor samen te werken met Gods wil. En hoevelen zijn er niet die door hun eigen domheid, onachtzaamheid, zwakheid en verkeerd handelen geen poging hebben ondernomen om de gevolgen daarvan te herstellen en die daarom het lijden dat daarmee gepaard ging ten volle hebben moeten dragen? Hoevelen hebben niet gefaald de kans die hun lijden hun bood aan te grijpen om het feit te herkennen en te erkennen dat dat lijden voortkwam uit hun eigen tekorten en fouten en om zichzelf op tijd aan een onderzoek te onderwerpen teneinde zich daarvan bewust te worden en zo herhaling ervan te voorkomen. Het ter harte nemen van deze raadgeving is enorm belangrijk.

Vele aspiranten hebben bijvoorbeeld het gevoel gehad dat ze door het lot gedwongen waren tot het verrichten van nutteloze teken in onvriendelijke omgevingen, maar wanneer hun filosofische begrip rijpt beginnen ze te zien wat ze voorheen niet zagen – het inherente karmische belang van die taken, de op den duur educatieve of straffende betekenis van die omgevingen. Als je dat eenmaal begrijpt, kun je je op de juiste wijze gaan bevrijden van dat karma, in het belang van het eigen zelfrespect. Iedere keer dat je geduldig een verkeerde of dwaze gedachte onderdrukt, versterk je die juist. Iedere keer dat je moedig een moeilijkheid onder ogen ziet, draagt dit bij aan je innerlijke wijsheid. De mens die zich wijs en met zelfkritiek heeft overgegeven, kan dan verdergaan met een gevoel van uiterlijke veiligheid en innerlijke zekerheid, hoopvol en niet bang, omdat hij of zij zich nu bewust is van de weldadige bescherming van het Hogere Zelf.

Als je de moeite hebt genomen om op intelligente wijze de educatieve of straffende lessen van situaties en gebeurtenissen in je leven te begrijpen – en alleen dan – kun je het kwaad van het leven overwinnen wanneer je je, als dat zich voordoet, onmiddellijk naar binnen keert, in het voortdurende besef dat de godheid binnenin je een toevluchtsoord en harmonie biedt. Dit tweeledige proces is altijd noodzakelijk en de mislukkingen van de Christian Science- beweging zijn ten dele te wijten aan het verzuim om dit te begrijpen.

20. Karma gaat pas een rol spelen als de karmische inprenting sterk genoeg is om te overleven. De ervaringen van de wijze laten geen diepe sporen na, omdat hij het leven als een droom beschouwt en alles als schijn doorziet. Zij diepe, innerlijke geest blijft onberoerd door die ervaringen. Daarom creëert hij er geen karma mee en daarom is hij in staat, wanneer hij bij de dood uit zijn lichaam treedt, de cyclus van geboorte en dood voorgoed te beëindigen.

21. Als je betrokken kunt handelen en toch afstand kunt nemen van de gevolgen van je daden, als je je verantwoordelijkheden van je af kunt zetten en je plichten kunt vervullen zonder te worden meegesleept door de euforie van succes of de ellende van mislukking, als je je in de wereld kunt bewegen, de genoegens ervan kunt genieten en de pijnen ervan kunt verdragen, dan ben je wat de Indiërs noemen een ‘karma-yogi’ en wat de Grieken noemen een ‘mens’.


(met 'straffende lessen van situaties en gebeurtenissen' bij punt 19, dat zie ik niet
zo dat in karma een als 'straffend' bedoeld element kan zitten, al zou het voor sommige mensen natuurlijk als een soort van straf gevoeld kunnen worden, bij opeenstapeling van nare ervaringen)
voor wie weet, hoeft niets verklaard te worden
voor wie niet weet, is geen verklaring afdoende

Plaats reactie